CUR-Aanbeveling 112:2014
Beton met betongranulaat als grof
toeslagmateriaal
Concrete with recycled concrete as
coarse aggregate
2
Voorzover het maken van kopie?n uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16b Auteurswet 1912 in verbind - ing met het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 882, 1180 AW Amstelveen). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloem lezingen, readers en andere compi - latiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient u zich te richten tot: SBRCURnet, Postbus 1819, 3000 BV Rotterdam.
No part of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microlm, stored in a database or retrieval system, or any other means without written permission from the SBRCURnet.
Colofon
SBRCURnet-projectmanagerdrs. E. VegaRdr. ir. G. van der Wegenprof. ir. S.N.M. Wijte VKasja de Jong, SBRCURnetFoto omslagBRBS RecyclingRArtik
Met nadruk wordt erop gewezen dat deze CUR-Aanbeveling de stand van de techniek en kennis weergeeft op het moment van uitgifte. SBRCURnet houdt zich dan ook aanbevolen te worden ge?nformeerd over ervaringen die met het gebruik van deze Aanbeveling worden opgedaan. CUR-Aanbevelingen worden drie jaar na publicatie ge?valueerd en, indien daartoe aanleiding bestaat, geactualiseerd. Hiervan wordt melding gemaakt in de vakpers.
Aansprak
SBRCURnet en degenen die aan dit product hebben meegewerkt, hebben een zo groot mogelijke zorgvuldigheid betracht bij het samenstellen van deze publicatie. Toch kan niet worden uitgesloten dat de inhoud onjuistheden bevat. Degebruiker van dit product aanvaardt daarvoor het risico. SBRCURnet sluit, mede ten behoeve van de auteurs, iedere aansprakelijkheid uit voor schade die mocht voortvloeien uit het gebruik van informatie uit dit product.
\251 SBRCURnet
Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevens - bestand, getransformeerd tot software of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopie?n, opname of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
3
Inhoud
Voorwoord bij de tweede,
herziene uitgave 4
Voorwoord bij de eerste uitgave 5
DEEL I CONSTRUCTIEVE ASPECTEN 7
1 Algemeen 7
1.1 Onderwerp, toepassingsgebied en relatie
tot NEN-EN 1992-1-1 7
1.6 Symbolen 8
3 Materialen 8
3.1 Beton 8
6 Uiterste grenstoestanden (UGT) 9
6.8 Vermoeiing 9
11 Betonconstructies met lichte toeslag -
materialen 9
12 Ongewapende en licht gewapende
betonconstructies 10
DEEL II BETONTECHNOLOGISCHE
ASPECTEN 11
1 Onderwerp en toepassingsgebied 11
4 Indeling in klassen 11
4.3.1 Druksterkte klassen 11
5 Eisen gesteld aan beton en controle -
methoden 11
5.1 Basiseisen gesteld aan de grondstoffen 11
5.3 Eisen behorend bij milieuklassen 12
8 Conformiteitscontrole en
conformiteitscriteria 12
9 Procesbeheersing 12
DEEL III UITVOERINGSASPECTEN 13
1 Onderwerp en toepassingsgebied 13
4 Uitvoeringsmanagement 13
4.2 Documentatie 13
8 Betonstorten 13
8.3 Aflevering, ontvangst en transport van bet -
onmortel op de bouwlocatie 13
Titels van de vermelde documenten 15
4
Voorwoord bij de tweede, herziene uitgave
In CUR-Aanbevelingen wordt veelvuldig verwezen naar normen en vaak worde\
n voor specifieke
onderwerpenaanvullende eisen gesteld. Bij CUR-Aanbevelingen op betongebi\
ed waren dat vooral de
normen voor toeslagmaterialen (NEN 5905), betontechnologie (NEN 5950)\
, de berekening van beton -
constructies (NEN-EN 1992-1-1) en de uitvoering van betonconstructies \
(NEN 6722).
Met de invoering van Europese normen in Nederland (NEN-EN) worden de o\
orspronkelijke Neder -
landse normen (NEN) ingetrokken. Dit houdt in dat CUR-Aanbevelingen aan de nieuwe normen
moeten worden aangepast.
Dat geldt ook voor CUR-Aanbeveling 112:2007. Deze herziene uitgave is aangepast aan de vigerende
normen. Opgemerkt wordt dat alleen artikelen met aanvullende bepalingen op de onderhavige
normen in deze CUR-Aanbeveling worden genoemd.
CUR-voorschriftencommissie 91 'Revisie CUR-Aanbevelingen' heeft het proces begeleid om tot deze
herziene uitgave van CUR-Aanbeveling 112 te komen. VC 91 was als volgt samengesteld: prof.ir. C. Van
Weeren (voorzitter, AVC 'Beton'), dr.ir. H.A.W. Cornelissen (voorzitter NEN/CUR commissie 353 039/VC
12 'Beton'), ir. F.B.J. Gijsbers (voorzitter NEN/CUR-commissie 351 001 09/VC 20 'TGB Betonconstruc -
ties'), ir. C.A. van der Steen (voorzitter NEN/CUR-commissie 351 085/VC 18 'Uitvoering van beton -
constructies'), dr.ir. G.J.L. van der Wegen (rapporteur), prof.ir. S.N.M. Wijte (rapporteur) en drs. E. Vega
(coördinator).
NEN/CUR-commissies 353 039/VC12 'Beton', 351 085/VC 18 'Uitvoering van betonconstructies' en 351
001 09/ VC 20 'TGB-Betonconstructies' stemmen in met de inhoud van CUR-Aanbeveling 112:2014.
Met de publicatie van deze tweede, herziene versie, is de eerste versie van 2007 vervallen.
CUR-Aanbeveling 112:2014 Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal
5
Voorwoord bij de eerste uitgave
Aanvullende bepalingen op NEN 6720 (VBC 1995), NEN-EN 206-1 + NEN 8005\
, NEN 6722
Met het verschijnen van CUR-Aanbeveling 112 'Beton met betongranulaat\
als grof toeslagmateriaal'
wordt voorzien in de noodzakelijke aanvullende technische regelgeving op NEN 6720 (VBC 1995).
Deze aanvulling is noodzakelijk voor het ontwerpen van betonconstructies voor bouwwerken met
betongranulaat als grof toeslagmateriaal, voor zover deze vallen binnen \
het toepassingsgebied, zoals
dat is gedefinieerd in deze CUR-Aanbeveling. De aanvullende bepalingen\
zijn gegeven in deel I van
deze CUR-Aanbeveling. In deel II en III worden achtereenvolgend betontec\
hnologische en uitvoe -
ringstechnische bepalingen weergegeven in aanvulling op NEN-EN 206-1 + N\
EN 8005 en NEN 6722.
Omdat deze CUR-Aanbeveling alleen de aanvullende bepalingen op voorgenoe\
mde normen bevat, is
de paragraafnummering niet overal doorlopend.
Aangenomen mag worden dat toepassing van deze bepalingen in combinatie m\
et NEN 6720 zal
leiden tot het in NEN 6700 "Technische Grondslagen voor Bouwconstructies TGB 1990 Algemene
Basiseisen" geëiste betrouwbaarheidsniveau van bouwconstructies. Hiermee wordt \
voldaan aan de
publiekrechtelijke eisen krachtens het Bouwbesluit.
Van deze CUR-Aanbeveling mag worden afgeweken indien wordt gehandeld conform de toelichting
op artikel 1.2 punt m van NEN 6720 'Afwijkingen van de norm'.
In het Nederlandse milieubeleid wordt bevordering van hergebruik van bou\
w- en sloopafval uitge -
dragen. De toepassing van beton- en metselwerkgranulaten als grindvervangend toeslagmateriaal in
beton levert een bijdrage aan uitvoering van dat beleid. De aanvullende \
regelgeving voor menggranu -
laten als grof toeslagmateriaal in beton is reeds vastgelegd in CUR-Aanb\
eveling 80. Met het verschij -
nen van onderhavige CUR-Aanbeveling wordt ook de toepassing van betongra\
nulaat als gedeeltelijke
of volledige vervanging van harde dichte grove toeslagmateriaal in beton\
mogelijk gemaakt.
Voor het op een verantwoorde wijze toepassen van betongranulaat in beton,\
is het noodzakelijk
dat mogelijke constructieve, betontechnologische en uitvoeringstechnische consequenties worden
vastgesteld en opgenomen in de regelgeving. Voor de wijze waarop kan worden beoordeeld of er
voor beton met grindvervangende toeslagmaterialen aanvullende bepalingen\
op de bestaande voor -
schriften nodig zijn, is in CUR-rapport 94-12 een procedure vastgelegd. \
CUR-voorschriftencommissie
85 'Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal' heeft op b\
asis van in de literatuur beschik -
bare gegevens over het gedrag van beton met betongranulaat het toepassin\
gsgebied en de daarbij
behorende aanvullende bepalingen geformuleerd in onderhavige CUR-Aanbeve\
ling. Het uitgevoerde
literatuuronderzoek en de onderbouwing van de aanvullende regelgeving zi\
jn samengevat in een
intern achtergronddocument.
Indien de vervanging van het harde dichte grove toeslagmateriaal door be\
tongranulaat dat voldoet
aan de in deze CUR-Aanbeveling gestelde eisen beperkt blijft tot maximaa\
l 50 volumepercent ( %V/V )
dan veranderen de eigenschappen van het beton zo weinig dat de eigenscha\
ppen binnen de sprei -
dingsband van grindbeton vallen en dus NEN 6720 ongewijzigd van toepassi\
ng is. Bij vervangings -
percentages tussen 50 % V/V en 100 % V/V zijn aangepaste regels zoals aangegeven in deze CUR-
Aanbeveling van kracht.
Deze CUR-Aanbeveling is gebaseerd op de huidige kennis en stand van techniek. Dit betekent dat
enerzijds is voorzien in adequate technische regelgeving en anderzijds e\
nige behoudendheid is
betracht ten aanzien van specifieke eigenschappen die (nog) niet door onderzoek zijn vastgesteld of
waarmee onvoldoende ervaring is opgedaan.
Op het moment van publicatie van deze CUR-Aanbeveling was de samenstelli\
ng van CUR-
voorschriftencommissie 85 'Beton met betongranulaat als grof toeslagm\
ateriaal' als volgt: ir. J.
6
Stroband(voorzitter), dr. M. Boutz (secretaris/rapporteur), ir. J.A. den Uijl (rapporteur), ing. A.C. Kok, ing.
M.P. van der Poel MBA, H.A. Rijnsburger, ing. R. Sagel, dr. ir. G.J.L. van der Wegen, ir. M. de Vries (cor -
responderend lid), drs. E. Vega (coördinator).
Deze CUR-Aanbeveling is beoordeeld door NEN/CUR-commissie 351 001 09/ VC20 'TGB-Betoncon -
structies', NEN/CUR-commissie 353 039/VC 12 'Beton', NEN/CUR-commissie 351 085/VC18 'Uitvoering'
en goedgekeurd door de Algemene Voorschriftencommissie 'Beton'. Deze CUR-Aanbeveling is con -
sistent bevonden met achtereenvolgend NEN 6720, NEN-EN 206-1 + NEN 8005 en NEN 6722.
CUR-Aanbeveling 112:2014 Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal
7
CONSTRUCTIEVE ASPECTEN DEEL I
1 Algemeen
1.1 Onderwerp, toepassingsgebied en relatie tot NEN-EN 1992-1-1
Onderwerp
Dit deel van de CUR-Aanbeveling bevat aanvullende bepalingen en eisen op\
NEN-EN 1992-1-1 en
heeft betrekking op:
? het draagvermogen en de vervormingen waaraan betonconstructies moeten vo\
ldoen;
? de bepalingsmethoden aan de hand waarvan mag worden getoetst of aan de e\
isen wordt voldaan.
Indien in dit deel van deze CUR-Aanbeveling op bepaalde artikelen van NEN-EN 1992-1-1 gedeeltelijk
aanvullende en/of afwijkende bepalingen worden gegeven, blijft de rest van het artikel ongewijzigd
van kracht. Indien op bepaalde onderdelen van NEN-EN 1992-1-1 geen aanvu\
llende en/of afwijkende
bepalingen worden gegeven, gelden die onderdelen van NEN-EN 1992-1-1 onv\
erkort. Waar in een
artikel van NEN-EN 1992-1-1 wordt verwezen naar een ander artikel in NEN-EN 1992-1-1, welke laatste
is aangevuld en/of gewijzigd in deze CUR-Aanbeveling, geldt bij doorverw\
ijzing het gestelde in het
aangevulde en/of gewijzigde artikel van deze CUR-Aanbeveling.
Dit betekent onder andere dat ook deze aanvullende bepalingen en eisen bedoeld zi\
jn te worden
toegepast op overwegend statisch belaste betonconstructies. Verwijzingen zonder meer hebben
betrekking op NEN-EN 1992-1-1.
Toepassingsgebied
De CUR-Aanbeveling is bedoeld voor betonconstructies volgens NEN-EN 1992\
-1-1, waarbij het grove
toeslagmateriaal van het beton volledig of gedeeltelijk bestaat uit beto\
ngranulaat volgens NEN-EN
12620 + NEN 5905.
Indien de vervanging van het harde dichte grove toeslagmateriaal door be\
tongranulaat dat voldoet
aan de in deze CUR-Aanbeveling gestelde eisen beperkt blijft tot maximaa\
l 50 volumepercent ( %V/V )
dan veranderen de eigenschappen van het beton zo weinig dat deze binnen \
de spreidingsband van
grindbeton vallen en dus NEN-EN 1992-1-1 ongewijzigd van toepassing is. \
Bij vervangingspercentages
tussen 50 % V/V en 100 % V/V zijn aangepaste regels zoals aangegeven in deze CUR-Aanbeveling
van kracht.
Opmerking
Doordat bij toepassing van minder dan 50 % V/V betongranulaat in het gro\
ve toeslagmateriaal
geen correctiefactor voor de kruipcoëfficiënt en krimpverkorting is opgenomen, mag geen sub -
stantiële marge in dit aspect van de regels meer worden verondersteld\
.
Met betrekking tot de onderstaande aspecten wordt het toepassingsgebied \
beperkt:
a. Milieuklassen
Deze CUR-Aanbeveling is van toepassing op alle milieuklassen volgens NEN\
-EN 206-1 + NEN
8005 behalve de milieuklassen XD en XS indien het gehalte aan betongranu\
laat in het grove toe -
slagmateriaal meer dan 50 % V/V bedraagt.
8
Toelichting
Over de weerstand tegen chloride-indringing van beton met meer dan 50 % V/V betongranulaat
zijn vooralsnog onvoldoende gegevens bekend.
b. Ste rkteklassen
Deze CUR-Aanbeveling is van toepassing voor de sterkteklassen C12/15 tot\
en met C50/60.
Toelichting
Van het gedrag van beton met betongranulaat in sterkteklassen hoger dan C\
50/60 zijn onvol -
doende gegevens bekend. Daarom is deze CUR-Aanbeveling daarop niet van toepassing.
c. Afwijkingen ten opzichte van NEN-EN 1992-1-1
Indien voor bepaalde toepassingen in normen of andere documenten is gere\
geld dat op onderde -
len mag worden afgeweken van de bepalingen in NEN-EN 1992-1-1, dan geldt dat niet automatisch \
ook voor beton met betongranulaat.
d. Op de tekeningen moet worden aangegeven dat de betreffende betonconstructie ges\
chikt is voor
uitvoering in beton met betongranulaat en dat rekening is gehouden met de aanvullende bepalin -
gen in CUR-Aanbeveling 112 'Beton met betongranulaat als grof toeslag\
materiaal'.
1.6 Symbolen
Aanvullende symbolen met bijbehorende betekenis:
k1 t/m k5 : factoren
3 Materialen
3.1 Beton
3.1.2 Sterkte
De waarde van de treksterkte beschreven in (3) en (8) moet worden ve\
rmenigvuldigd met de factor k1,
waarvoor geldt:
k1 = 1
Toelichting
Deze aanvulling dient ook te worden toegepast bij gebruik van tabel 3.1. Hoewel de mechanische
eigenschappen van beton vervaardigd met betongranulaat kunnen verschille\
n met die van grind -
beton, is bij eenzelfde druksterkte de splijttreksterkte van beton met betongranulaat gelijk aan die
van grindbeton. Daarom geldt: k1 = 1.
3.1.3 Elastische vervorming
De waarde van de elasticiteitsmodulus Ecm moet worden vermenigvuldigd met de factor k2, waarvoor
geldt:
k2 = 0,9
CUR-Aanbeveling 112:2014 Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal
9
3.1.4 Kruip en krimp
De waarde van de kruipcoëfficiënt, bepaald volgens (2) moet wor\
den vermenigvuldigd met de factor
k4, waarvoor geldt:
k4 = 1,4 voor ?ck < 20 N/mm 2
k4 = 1,4 voor ?ck ? 20 N/mm 2
De waarde van de krimpverkorting, bepaald volgens (5), moet worden vermenigvuldigd met de factor\
k5, waarvoor geldt:
k5 = 1,4
3.1.7 Spanning-rekrelatie voor het berekenen van dwarsdoorsneden
Voor het berekenen van dwarsdoorsneden moet gebruik gemaakt worden van de spanning-rek\
relatie
volgens (2) waarbij de waarde van ?c3 moet worden vermenigvuldigd met de factor k3, waarvoor geldt:
k3 = 1
Toelichting
Hoewel beton met betongranulaat een hogere vervormingscapaciteit heeft d\
an grindbeton zijn er
onvoldoende gegevens beschikbaar om deze te kwantificeren. Daarom geld\
t: k5 = 1.
3.1.10 Volumieke massa
Volumieke massa Bij het vaststellen van de belasting door het eigen gewicht van \
de constructie moet
voor beton met betongranulaat een volumieke massa ? van 23 kN/m 3 worden aangehouden.
Als de CUR-Aanbeveling wordt toegepast voor beton met een vervangingsper\
centage voor het grove
toeslagmateriaal dat minder is dan 100%, dient met een mogelijk hogere v\
olumieke massa te worden
gerekend.
Toelichting
Het voorgaande dient gelezen te worden in aanvulling op tabel A.1 van NEN EN 1992-1-1.
6 Uiterste grenstoestanden (UGT)
6.8 Vermoeiing
Dit artikel is niet van toepassing.
11 Betonconstructies met lichte toeslagmaterialen
Dit hoofdstuk is niet van toepassing.
CUR-Aanbeveling 112:2014 Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal
10
Toelichting
De constructieve aspecten van beton vervaardigd met betongranulaat als g\
rof toeslagmateriaal in
combinatie met lichte toeslagmaterialen zijn niet bekend.
12 Ongewapende en licht gewapende betonconstructies
Geen aanvullende bepalingen.
Toelichting
Alle hiervoor beschreven aanpassingen zijn onverkort van toepassing op dit hoofdstuk.
Bijlage B Kruip- en krimpvervorming
Deze bijlage is niet van toepassing.
CUR-Aanbeveling 112:2014 Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal
11
BETONTECHNOLOGISCHE
ASPECTEN DEEL II
NEN-EN 206-1 + NEN 8005
1 Onderwerp en toepassingsgebied
Het onderwerp en toepassingsgebied van deze CUR-Aanbeveling is aangegeve\
n in hoofdstuk 1
van deel I van deze CUR-Aanbeveling. Eventuele toepassingen genoemd in N\
EN-EN 206-1 + NEN
8005, die buiten dit toepassingsgebied vallen, liggen buiten het werking\
sgebied van deze CUR-
Aanbeveling. Indien de vervanging van het harde dichte grove toeslagmate\
riaal door betongranulaat
dat voldoet aan de in deze CUR-Aanbeveling gestelde eisen beperkt blijft\
tot maximaal 50 % (V/V)
dan veranderen de eigenschappen van het beton zo weinig dat deze binnen \
de spreidingsband van
grindbeton vallen en NEN-EN 206-1 + NEN 8005 dus ongewijzigd van toepass\
ing zijn. Bij vervangings -
percentages tussen 50 % en 100 % (V/V) zijn aangepaste regels van kracht zoals aangegeven in dit
deel van deze CUR-Aanbeveling.
Indien in dit deel van deze CUR-Aanbeveling op bepaalde artikelen van NEN-EN 206-1 + NEN 8005
gedeeltelijk aanvullende en/of afwijkende bepalingen worden gegeven, blijft de rest van het artikel
ongewijzigd van kracht. Indien op bepaalde onderdelen van NEN-EN 206-1 +\
NEN 8005 geen aan -
vullende en/of afwijkende bepalingen worden gegeven, gelden die onderdelen onverkort, rekening
houdend met het toepassingsgebied van deze CUR-Aanbeveling.
Waar in een artikel van NEN-EN 206-1 + NEN 8005 wordt verwezen naar een ander artikel in NEN-EN
206-1 + NEN 8005, welke laatste is aangevuld en/of gewijzigd in deze CUR-Aanbeveling, geldt he\
t
gestelde in het aangevulde en/of gewijzigde artikel van deze CUR-Aanbeveling.
4 Indeling in klassen
4.3.1 Druksterkte klassen
Deze CUR-Aanbeveling is bestemd voor constructief beton in de druksterkt\
e klassen C12/15 tot en
met C53/65, dat is vervaardigd met betongranulaat als grof toeslagmateri\
aal.
5 Eisen gesteld aan beton en controlemethoden
5.1 Basiseisen gesteld aan de grondstoffen
5.1.3 Toeslagmaterialen
Het betongranulaat moet voldoen aan NEN-EN 12620 + NEN 5905, met de volg\
ende aanvullende eis:
? dichtheid van de droge korrels, bepaald volgens NEN-EN 1097-6: ? 2200 kg/m 3
12
5.3 Eisen behorend bij milieuklassen
5.3.1 Algemeen
Deze CUR-Aanbeveling is van toepassing op alle milieuklassen volgens NEN\
-EN 206-1 + NEN 8005
behalve de milieuklassen XD en XS.
Deze CUR-Aanbeveling is wel van toepassing op milieuklassen XD en XS, in\
dien de vervanging
van het grove toeslagmateriaal door betongranulaat dat voldoet aan de in\
deze CUR-Aanbeveling
gestelde eisen, beperkt blijft tot maximaal 50 % (V/V) .
8 Conformiteitscontrole en conformiteitscriteria
8.2.3.2 Conformiteitscriteria voor andere eigenschappen dan de sterkte
Het luchtgehalte van beton met betongranulaat moet worden bepaald volgen\
s ASTM C173.
De water-cementfactor dient bij voorkeur te worden bepaald met methode 1 volgens NEN 5960.
9 Procesbeheersing
Geen aanvullende bepalingen.
Opmerking
Ten gevolge van een hogere waterabsorptie door betongranulaat ten opzicht\
e van grind kan de
consistentie een meer dan normale variatie vertonen. Het voorbevochtigen\
van betongranulaat
kan dit verminderen.
CUR-Aanbeveling 112:2014 Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal
13
UITVOERINGSASPECTEN DEEL III
Aanvullingen op NEN-EN 13670
1 Onderwerp en toepassingsgebied
Het onderwerp en toepassingsgebied van deze CUR-Aanbeveling is aangegeve\
n in 1 van deel I.
Eventuele toepassingen genoemd in NEN-EN 13670, die buiten dit toepassingsgebied vallen, liggen
buiten het werkingsgebied van deze CUR-Aanbeveling.
Indien de vervanging van het harde dichte grove toeslagmateriaal door be\
ton-granulaat dat voldoet
aan de in deze CUR-Aanbeveling gestelde eisen beperkt blijft tot maximaa\
l 50 % (V/V) dan verande -
ren de eigenschappen van het beton zo weinig dat deze binnen de spreidin\
gsband van grindbeton
vallen en NEN-EN 13670 dus ongewijzigd van toepassing is. Bij vervanging\
spercentages tussen 50 %
en 100 % (V/V) zijn aangepaste regels van kracht zoals aangegeven in dit deel van deze\
CUR-Aanbe -
veling.
Indien in dit deel van deze CUR-Aanbeveling op bepaalde artikelen van NEN-EN 13670 gedeeltelijk
aanvullende en/of afwijkende bepalingen worden gegeven, blijft de rest van het artikel ongewijzigd
van kracht. Indien op bepaalde onderdelen van NEN-EN 13670 geen aanvulle\
nde en/of afwijkende
bepalingen worden gegeven, gelden die onderdelen onverkort, rekening houdend met het toepas -
singsgebied van deze CUR-Aanbeveling.
Waar in een artikel van NEN-EN 13670 wordt verwezen naar een ander artikel in NEN-EN 13670, welke
laatste is aangevuld en/of gewijzigd in deze CUR-Aanbeveling, geldt bij \
doorverwijzing het gestelde in
het aangevulde en/of gewijzigde artikel van deze CUR-Aanbeveling.
4 Uitvoeringsmanagement
4.2 Documentatie
Toelichting
In de projectspecificaties moet worden aangegeven dat in het beton betongranulaat mag worden
toegepast, mits wordt voldaan aan de voorwaarden en eisen gesteld in dez\
e CUR-Aanbeveling.
8 Betonstorten
8.3 Aflevering, ontvangst en transport van betonmortel op de bouwlocatie
Bij de vervaardiging van beton dient rekening gehouden te worden met de aanwezigheid van poreuze
bestanddelen in betongranulaat. Hierdoor kunnen de verwerkbaarheid en de\
verpompbaarheid van
betonspecie sneller dan normaal teruglopen.
14
CUR-Aanbeveling 112:2014 Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal
15
Titels van de vermelde documenten
NEN-EN 206-1:2001 Beton ? Deel 1: Specificatie, eigenschappen, vervaardiging en conformiteit, inclusief
wijzigingsbladen A1:2004 en A2:2005
NEN-EN 1097-6:2006 Beproevingsmethoden voor de bepaling van mechanische en fysische eigensc\
happen
van toeslagmaterialen ? Deel 6: Bepaling van de deeltjesdichtheid en \
de wateropname,
inclusief correctieblad C1:2003 en wijzigingsblad A1:2005
NEN-EN 12620:2013 Toeslagmateriaal voor beton,
NEN-EN 13670:2009 Het vervaardigen van betonconstructies
NEN 5905:2013 Nederlandse aanvulling op NEN-EN 12620 Toeslagmaterialen voor beton,
NEN 5960:2006 Beton ? Bepaling van de water-cementfactor/water-bindmiddelfactor van\
betonspecie,
inclusief wijzigingsblad A1:2011
NEN 6700:2005 Technische Grondslagen voor Bouwconstructies TGB 1990 Algemene basiseisen
NEN-EN 1992-1-1:1995 Technische Grondslagen voor Bouwconstructies TGB 1990, Constructieve eisen en
rekenmethoden (VBC 1995), inclusief wijzigingsblad A4:2007
NEN 8005:2008 Nederlandse invulling van NEN-EN 206-1 Beton ? Deel 1: Specificatie\
, eigenschappen,
vervaardiging en conformiteit, inclusief wijzigingsblad A1:2011
ASTM C173:2010 Standard Test Method for air content of freshly mixed concrete by the volumetric method
CUR-Aanbeveling 80:2013 Beton met menggranulaten als grof toeslagmateriaal
CUR-rapport 94-12 Beoordeling van de constructieve consequenties van het toepassen van
grindvervangende toeslagmaterialen in beton, CUR, Gouda, 1994
INTRON/TU-Delft Beton met betongranulaat als grof toeslagmateriaal: literatuurstudie
rapport R20060081 Achtergrondrapport bij CUR-Aanbeveling 112
Nederlandse normen zijn uitgaven van de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut,
Vlinderweg 6, postbus 5059, 2600 GB Delft.
Bestellingen bij NEN, verkoop- en informatielijn, telefoon 015-269 03 91.
SBRCURNET
SBRCURnet is een onafhankelijk kennisnetwerk
voor de gehele bouwsector. Wij zorgen er voor dat
professionals in de Burgerlijke en Utiliteitsbouw en
in de Grond-Weg- en Waterbouw hun werk beter
kunnen doen.
Wij brengen partijen uit de bouwsector met elkaar in
contact voor het ontwikkelen van nieuwe vakkennis
over actuele vraagstukken. Ook voorzien we de
sector van betrouwbare, bruikbare vakkennis. Dat
doen we door kennis uit te geven in een breed
scala aan producten en diensten. Bovendien helpen
we bij het implementeren van kennis.
CUR-Aanbevelingen
Een CUR-Aanbeveling geeft richtlijnen voor de
toepassing van nieuwe materialen, methoden en
technieken. Het gaat om praktische regels, die samen
met potentiële gebruikers zijn opgesteld. Door hun
praktische opzet worden CUR-Aanbevelingen breed
geaccepteerd in de bouwpraktijk en bevorderen zij
innovaties. Als voorschriften kunnen zij dienen als
basis van certificeringsregelingen.
ARTIKELNUMMER CA112.14 ISBN 978-90-5367-587-8
Reacties